De Nederlandse coffeeshop-eigenaar Johan van Laarhoven (55) is door een Thaise rechtbank veroordeeld tot 103 jaar gevangenisstraf, wat in de Thaise praktijk neerkomt op minimaal twintig jaar cel. De rechtbank achtte bewezen dat Van Laarhoven (die in Pattaya woonde) zich schuldig had gemaakt aan het witwassen van geld.
En passant werd ook zijn 33-jarige Thaise echtgenote Toekta wegens medeplichtigheid tot twaalf jaar gevangenisstraf veroordeeld. Het echtpaar verbleef sinds 23 juli vorig jaar in voorarrest in de Remand te Bangkok.
Het nieuws over Van Laarhoven veroorzaakte zowel in Nederland als in Thailand in de media een golf van reacties. Een flink deel ervan, vooral die op aan Thailand gerelateerde blogsites, kwam voor rekening van wat hippies vroeger ‘het klootjesvolk’ noemden. Slimmerds en regelrechte dommerds onder hen vonden ‘eigen schuld dikke bult’ hier van toepassing. Beetje in Thailand de gebraden haan uithangen met in de drugshandel verdiende miljoenen, schreef een van hen. De zgn. slimmerds vonden dat Van Laarhoven de schijn van schuldig over zichzelf had afgeroepen door niet in Nederland het tegen hem lopen justitiële onderzoek af te wachten.
Van Laarhoven werd niet gezocht
Aan feiten hebben lieden die vanuit de onderbuik reageren nooit behoefte of boodschap. Van Laarhoven, eigenaar van vier coffeeshops in Den Bosch en Tilburg kwam in 2008 naar Thailand, toen er van een onderzoek geen sprake was. Naar eigen zeggen had hij in 2011 zijn aandeel in ‘’moedermaatschappij” The Grass Company verkocht. Er zijn tegen hem geen arrestatiebevelen uitgevaardigd, er lopen geen rechtszaken tegen hem. Hij verbleef legaal in het buitenland.
Van Laarhoven en zijn twee jaar oudere broer Frans worden door het OM van Breda verdacht van lidmaatschap van een criminele organisatie, witwassen van drugsgeld, hennephandel, valsheid in geschrifte, corruptie en belastingfraude. In het kader van het onderzoek heeft het OM beslag laten leggen op onroerend goed en cash ter waarde van ongeveer 24 miljoen Euro.
Helaas voor justitie kunnen al deze verdenkingen (nog) niet met bewijslast worden ondersteund. En in Nederland is het rechtsprincipe gelukkig nog steeds dat je onschuldig bent totdat justitie het tegendeel weet te bewijzen.
Dat zijn de feiten. Dat ingezonden brievenschrijvers daar lak aan hebben, is tot daar aan toe. Maar dat officieren van justitie in hun gedrag van dezelfde mentaliteit blijk geven is zeer verontrustend. Lees de NRC met de reactie van hoofdofficier van justitie in Breda Charles van der Voort. Hij noemt het vonnis tegen Van Laarhoven „volstrekt begrijpelijk”.
Van der Voort: ‘Elk land heeft zijn eigen strafrechtelijke regels en merites en of die in dit geval een te zware straf hebben opgeleverd, daar wil ik me niet over uitlaten.’ De hoofdaanklager zegt „blij” te zijn met de samenwerking met de Thaise collega’s. ‘Wij voltooien het onderzoek naar witwassen dat in Nederland gebeurde en zullen daarbij rekening houden met de straf die in Thailand is opgelegd”.
U mag gerust weten, ik kon mijn ogen niet geloven toen ik dit las. Hier is een Pontius Pilatus aan het woord die zijn handen in onschuld wast terwijl hij en zijn collega’s, inclusief de naar we mogen aannemen zeer goed over de Thaise justitiële praktijk ingelichte ambtenaren op de Nederlandse ministeries van justitie en buitenlandse zaken, de Nederlandse ambassade en de politiefunctionaris die daar liaison-officier is met de Thaise politie, verdraaid goed konden weten waar die ‘goede samenwerking’ op zou uitdraaien.
Dat Van der Voort kennelijk met vakantie nooit verder is gekomen dan De Efteling is tot daar aan toe. Maar onzin verkondigen als ‘’wij voltooien het onderzoek in Nederland en zullen daarbij rekening houden met de straf die in Thailand is opgelegd’’ gaat gezond verstand te boven. Gezien de in Nederland gebruikelijke strafmaat wordt het zelfs met een calculator voor deze officier van justitie moeilijk een eis te bepalen als daar 103 jaar Thaise strafgevangenis van moet worden afgetrokken.
Aan Thailand ”uitgeleverd”
Wat de zaak Van Laarhoven onwelriekend maakt is dat het er alle schijn van heeft dat de man willens en wetens aan Thailand is uitgeleverd omdat de vaderlandse justitie de bewijsvoering tegen hem niet rond kon krijgen. Volgens de NRC heeft Van Voorts collega-officier Van Delft vorig jaar met de Thaise justitiële autoriteiten de zaak in kannen en kruiken gemaakt nadat de Thai officieel was gevraagd ‘informatie’ over Van Laarhoven te verstekken.
Van Delft kreeg toen te horen dat uitlevering van Van Laarhoven aan Nederland voor de Thai niet bespreekbaar was. Maar het was volgens hem ook niet de bedoeling dat Johan van Laarhoven in Thailand in een cel zou verdwijnen. Het OM wilde alleen informatie uit Thailand. Zijn arrestatie is volgens de aanklager „een zelfstandige beslissing van de Thaise autoriteiten.”Afgesproken werd dat Thailand Van Laarhoven alleen zou vervolgen voor het witwassen van drugsgelden op Thais grondgebied.
Hang in Thailand een verhaal op over drugs en je weet wat er gebeurt. Dit temeer waar uitlevering aan Nederland door eerst de zaak in Thailand aanhangig te maken wel eens onmogelijk kan blijken. De Thaise kant kan namelijk stellen dat uitlevering onmogelijk is zolang de gevangenisstraf of althans een gedeelte ervan nog niet ten uitvoer is gelegd.
Nederland geeft een gouden tip
In feite was het lot van Van Laarhoven en echtgenote bezegeld toen (volgens de weergave van de NRC) de in Bangkok gestationeerde Nederlandse drugs liaison officer Ben Olde Engberink op 14 juli vorig jaar in een brief aan de Thaise procureur-generaal Trakul Winitnaiyapak een „request to initiate a criminal case” deed. In het schrijven wordt uitgelegd dat het tweetal ervan worden verdacht samen met broer Frans een „transnational criminal organisation” runde die drugswinsten via bankrekeningen in Luxemburg, Singapore en Zwitserland naar Thailand sluist. Zo’n verzoek kun je ook een ‘tip’ noemen. Met de boodschap: gaan jullie je gang maar. Een week later zaten Van Laarhoven en echtgenote in de cel….
De zaak had er heel wat anders uitgezien als justitie het onderzoek had afgerond en pas dan, bijvoorbeeld vanwege belastingontduiking. om aanhouding en uitlevering van Van Laarhoven had verzocht. En wie kan met zekerheid zeggen of Van Laarhoven in dat geval niet eieren voor zijn geld had gekozen en naar Nederland was teruggekeerd?
Hoe zorgvuldig ben je als Nederlandse justitie bezig als je juist op dat terrein zaken doet met landen waar rechtszekerheid en onafhankelijke rechtspraak vooral in theorie bestaan? Waar corruptie welig tiert, ook in het justitieel apparaat? Waar de doodstraf nog van kracht is? Waar mensen jaren de gevangenis indraaien voor ‘vergrijpen’ die Nederlandse cabaretiers open doekjes van schaterende theaterzalen opleveren?
Het handelen van de Nederlandse autoriteiten riekt onder deze omstandigheden naar witteboordencriminaliteit. Van achter een bureau ‘’pragmatische oplossingen’’ bedenken voor zaken die je zelf niet tot een goed einde kunt brengen. Of Van Laarhoven nu wel of niet een nette jongen is doet daarbij niet ter zake. In Nederland was hij geen drugsbaas maar een in zijn business succesvolle ondernemer. Hij is in de sector soft drugs een van de veteranen die dankzij het zgn. gedoogbeleid vrije ruimte is gegeven.
Politici van alle partijen hebben de afgelopen decennia dat waanzinnige gedoogbeleid verkocht als probaat middel om de sector te decriminaliseren. Dat dit nooit is gelukt kwam omdat eigenaren als Van Laarhoven de stuff wel mochten verkopen maar niet in voorraad houden.
De voordeur-achterdeurpolitiek schrijft voor dat de gebruiker naar binnen kon stappen om een jointje te kopen en roken, maar aan de achterdeur bevoorrading verboden was. Een coffeeshop mag niet meer dan 500 gram wiet in bezit hebben. Als je weet dat een beetje zaak dagelijks 1 kg hasjiesj of wiet omzet, is het duidelijk dat de handel niet uit de blauwe lucht komt vallen, maar er grootleveranciers moesten zijn en plekken waar een voorraad kon worden opgeslagen.
Terwijl in het recente verleden tal van vooraanstaande politici hebben gepleit voor volledige legalisering van soft drugs (VVD’er Frits Bolkestein, PvdA’ster Hedi d’Ancona) wordt Van Laarhoven volgens eigen zeggen aan de Thaise autoriteiten als een soort Nederlandse Pablo Escobar, een drugsbaron
, verkocht. Nou, daar lusten die autoriteiten wel pap van en dat is allerminst een onbekend gegeven.
Ik zou graag zien dat de witte boorden en stropdassen die nu handenwrijvend achter hun bureaus zitten om hun succes te vieren een maandje taakstraf krijgen in de gevangenis waar Van Laarhoven is beland. Schijthuizen schoonmaken voor types als Van der Voort, dat is toch wel het minste. Mantelpakjes mogen een maandje stof afnemen in de cel van Toekta (die volgens Van Laarhoven totaal niets van doen heeft met zijn handel en nu twaalf jaar brommen.)
Gerard Sprong, een van de Nederlandse advocaten van Van Laarhoven, heeft er alles aan gedaan om de Thaise rechters te informeren over het Nederlandsse gedoogbeleid, oftewel dat zijn cliënt met de verkoop van soft drugs geen illegale drughandelaar was. Er kwam zelfs een bevriende oud-rechter mee om als getuige-deskundige te worden gehoord. Het heeft niet mogen baten. Misschien had Sprong ter meer begrip van wat gedoogbeleid is naar de Thaise omgang met het prostitutieverbod moeten veriwjzen….