We hebben vaker over de zaak van oud-coffeeshophouder Johan van Laarhoven geschreven, die al ruim 1 jaar in een Thaise cel zit. Hoewel justitie in Nederland altijd ontkende dat het om vervolging in Thailand heeft gevraagd, blijkt dat nu toch wel degelijk het geval. “Johan is voor de leeuwen geworpen”, aldus zijn advocaat Gerard Spong.
Hel op aarde.
Als je in Thailand in de cel zit, zijn de spreekwoordelijke rapen gaar. Een Thaise gevangenis een hel op aarde noemen is niet overdreven. En het is extra pijnlijk als je daar zit voor iets waar je in Nederland voor vervolgd had moeten worden. Dit alles overkwam Johan van Laarhoven (54), oprichter van de vier coffeeshops van The Grass Company in Brabant, maar al sinds 2008 inwoner van Thailand nadat hij zijn aandelen in de zaak had verkocht. Hij en zijn Thaise vrouw zitten nu inmiddels al bijna een jaar vast in een cel in Bangkok ‘onder erbarmelijke omstandigheden’, zo vertelt Johan aan Omroep Brabant.
Onderzoek justitie
Al vier jaar doet het Openbaar Ministerie in Breda onderzoek naar de coffeeshopketen, maar er is nog niemand gearresteerd, laat staan dat er een rechtszaak is geweest of een vonnis is uitgesproken. Justitie in Nederland verdenkt ex-TGC eigenaar Van Laarhoven echter van het witwassen van geld, overtreding van de opiumwet en lidmaatschap van een criminele organisatie tijdens zijn periode als eigenaar. Johan zegt zelf dat hij over al zijn inkomsten belasting heeft betaald en er dus geen sprake kan zijn van witwassen.
Rechtsverzoek
Omdat Johan nu in Thailand woonde, schakelde Nederland de hulp van de Thaise justitie in met een uitgebreid rechtshulpverzoek om inzicht te kunnen krijgen in de bankrekeningen en bezittingen van Johan. Maar in plaats van hem aan Nederland uit te leveren, begonnen de Thaise autoriteiten zelf een onderzoek en hebben ze hem opgepakt. Tenminste, dat beweerde Charles van der Voort, hoofdofficier van Justitie.
Verdachte brief
Maar nu is er een belastende brief boven water gekomen, waarin Nederland wel degelijk om de vervolging van Johan in Thailand heeft gevraagd, terwijl dat altijd ontkend werd. Er zijn grote verschillen tussen de brief en het rechtsverzoek. In het rechtsverzoek wordt er alleen gesproken over ‘witwassen’ terwijl er in de brief ‘drugsdelicten’ staat. De Thaise vrouw van Johan is in het verzoek een ‘getuige’ en in de brief een ‘verdachte’. Tot slot wordt er in het verzoek gesproken van ‘hulp bij het onderzoek’ terwijl de brief de Thaise autoriteiten verzoekt een strafzaak te beginnen.
Voor de leeuwen
Johan’s advocaat Gerard Spong is woedend. “Met de Nederlandse justitie hadden wij afgesproken dat als zij vragen zou hebben aan van Laarhoven, dat hij binnen vijf dagen in Nederland zou zijn. Een afspraak die zij dus niet is nagekomen”, zegt Spong. Nederland heeft Johan ‘voor de leeuwen geworpen’, vindt hij.
Thaise justitie staat met lege handen
In de Thaise rechtbank is de afgelopen weken al een aantal getuigen verhoord, maar het onderzoek naar Johan heeft nog niks illegaals of strafbaars opgeleverd. Ook de getuigenis van de Nederlandse justitieambtenaar die de belastende brief had geschreven, leverde niets op.
De Thaise officier van Justitie zegt al dat al het belastende materiaal wat hij heeft uit Nederland komt. Volgens Spong moet de Thaise rechter zich daarom afvragen of hij wel iets heeft om Johan te kunnen vervolgen. Hij vindt dat de Nederlandse officier van justitie het gedoogbeleid misbruikt om het vastgelopen ‘TGC-onderzoek’ te redden.
Boekje te buiten
Ondertussen zit Johan nog altijd onder barbaarse omstandigheden vast in Thailand. Hij voelt zich in de steek gelaten door zijn thuisland en is blij dat hij bij zijn vrouw kan zijn. Ook komt zijn zoon hem af en toe eten brengen, want leven in een benauwde overvolle cel is afschuwelijk. Het maakt niet eens uit of hij schuldig is of niet, de Nederlandse autoriteiten zijn hun boekje ver te buiten gegaan, alleen omdat ze een beetje haast hadden…