Het is een zonnige dag in Bangkok. Het regenseizoen heeft definitief plaatsgemaakt voor de droge, warme Thaise winter. De stad is kalm, in afwachting van de toeristenstroom die vanaf december weer op gang komt. Zelfs bij de normaal zo drukke Erawantempel midden in het centrum is het rustig. Na de bomaanslag die hier in augustus meer dan twintig levens kostte, nam het aantal toeristen dat de tempel bezocht alleen maar toe. Ramptoerisme of onverzettelijkheid – wat de reden ook is, er is op deze novemberdag weinig van te merken.
Aan de overkant van de tempel zit de Tilburgse Johan van Laarhoven (55) in het Police General Hospital. Vorige week is hij door de Thaise rechter wegens witwaspraktijken tot 103 jaar veroordeeld, wat feitelijk betekent dat er aan zijn voorarrest van vijftien maanden twintig jaar gevangenisstraf is toegevoegd. En dat terwijl hij naar eigen zeggen onschuldig is.
In 2011 verkocht Van Laarhoven zijn bedrijf The Grass Company, een keten van vier coffeeshops in Noord-Brabant. Hij woonde op dat moment al met zijn Thaise vrouw Tukta en twee jonge kinderen van twaalf en zes jaar in het Thaise Pattaya. Niet lang na de verkoop startte het Openbaar Ministerie in Brabant een onderzoek naar witwaspraktijken door de keten. Het onderzoek leidde tot verschillende invallen, maar er werd geen belastend bewijs gevonden waarmee Van Laarhoven, zijn broer of andere betrokkenen van de keten in Nederland veroordeeld konden worden.
Via zijn advocaten maakte Van Laarhoven de afspraak met het OM dat hij zich binnen vijf dagen in Nederland zou melden als ze hem voor verhoor willen spreken. Zover kwam het niet, want op verzoek van een Nederlandse officier begonnen de Thaise autoriteiten hun eigen onderzoek, en enkele dagen later werden Van Laarhoven en zijn vrouw thuis in Pattaya gearresteerd.
Nu, vijftien maanden later, is Van Laarhoven veroordeeld wegens het in Thailand uitgeven van geld dat in Nederland verdiend is met de verkoop van cannabis. Dat coffeeshops in Nederland legaal zijn en de verkoop van cannabis via het gedoogbeleid is geregeld, gaat er bij de Thai niet in: geld verdiend met drugs is fout en dus is het strafbaar.
Daarom zit ik nu naast Johan Van Laarhoven in het Police General Hospital, waar hij vanwege zijn aftakelende gezondheid wekelijks voor controle naartoe wordt gebracht. Merkwaardig genoeg kan ik hem hier gewoon de hand schudden en tijdens het interview vragen wat ik wil, met mijn opname-apparaat verstopt onder een schriftje. Niets wordt gecontroleerd. Dat is heel anders dan in de strenge gevangenis Klongprem, waar Van Laarhoven na zijn veroordeling vorige week naartoe is overgeplaatst.
Johan van Laarhoven in het ziekenhuis, met zijn advocaat
Ik begin met de meest logische vraag die je in een ziekenhuis kunt stellen: hoe gaat het met je. Maar iedere vraag is beladen en Van Laarhoven raakt direct geëmotioneerd. Na even zegt hij:
“Ik zou het niet weten. Zolang ik niet nadenk is het goed. Als ik nadenk over mijn vrouw en kinderen, over mijn moeder van 83… Mijn gezin, mijn familie, alles is te gronde. En waarvoor?”
De vrouw van Van Laarhoven is ook veroordeeld, voor twaalf jaar cel. Haar handtekening staat op de koopcontracten van de grond, want dat is nu eenmaal verplicht volgens de Thaise wet. Een buitenlander mag geen grond kopen.
Van Laarhoven: “Als ik had geweten dat ik van witwassen beschuldigd zou worden, had ik nooit de naam van mijn vrouw aan die grond gekoppeld. In 2008 hebben we besloten om naar Thailand te vertrekken. Mijn vrouw was zwanger en ik hoefde niet de rijkste man van de wereld te worden. Ik had geld zat, meer dan ik op kon maken. Het was een makkelijke keuze om een leven na te jagen waarin we al onze tijd konden besteden aan de kinderen. Toen ik zag dat de banken in Europa – zelfs in Nederland–- failliet gingen, heb ik mijn geld daar weggehaald, want ik dacht: dit gaat niet goedkomen. Hier heb ik grond gekocht met het idee dat je dat in elk geval niet kunt verliezen.”
VICE: Vorige week hoorde je dat je tot twintig jaar veroordeeld bent wegens witwassen. Hield je er vooraf rekening mee dat dat kon gebeuren?
Johan van Laarhoven: Nee. Ik was ervan overtuigd dat we naar huis zouden gaan. Ten eerste omdat ik weet dat ik onschuldig ben. Daarnaast ben ik bij elke zitting geweest, en het was duidelijk dat er geen bewijs was. Elke getuige van de aanklager zei dat we geen wetten overtreden hebben in Thailand en dat ze eigenlijk niet wisten wat we in Nederland hebben gedaan.”
Waarom zijn jullie dan toch veroordeeld?
Van het begin af aan had ik het idee dat we zwaar genaaid werden, om het op z’n Tilburgs te zeggen. Maar ik weet niet waarom. Ik heb niets verkeerds gedaan. Als je mijn voormalige coffeeshops en de bedrijfsvoering kent, dan weet je dat we een model zijn voor heel cannabisverkopend Nederland. Eigenlijk voor de hele wereld. Dat zijn we altijd geweest. De politie kwam rondleidingen geven aan buitenlandse politiediensten en overheden. We waren een modelonderneming. Ik zeg ‘we’, want ik zie het nog steeds als mijn levenswerk, ondanks dat ik het verkocht heb.
Je wordt beschuldigd van witwassen.
Er is niets witgewassen. En stel dat alles waar ik in Nederland van beschuldigd wordt, bewezen zou zijn, dan zou ik volgens mijn advocaat hooguit een jaar gevangenisstraf krijgen. Maar waar ze me van beschuldigen – de meeste feiten zijn van na 2011, nadat ik de zaak verkocht heb. Daar heb ik niets mee te maken. En hoe kan ik witgewassen hebben als ik er belasting over betaald heb? Dat zou betekenen dat het in samenwerking met de Nederlandse belastingdienst gebeurd is. De Hoge Raad heeft bepaald dat geld dat verdiend wordt in een coffeeshop legaal geld is, zelfs als een coffeeshop te veel voorraad heeft. Als je uitgaat van die jurisprudentie kan er nooit sprake zijn van witwassen.
Toch werd je op een bepaald moment in Thailand gearresteerd.
Ja, toen snapte ik wel dat de Hollanders de zaak aardig hebben zitten verneuken. Opeens stonden er 120 agenten en heel journalistiek Thailand in de tuin. Na de arrestatie was iedereen heel vriendelijk, ze zeiden dat we na twee dagen wel op borgtocht naar huis zouden kunnen. Maar dat gebeurde niet en langzaamaan kreeg ik het vermoeden dat dit een politieke zaak was. Alsof premier Prayut er zelf achter zat. Het was een week of zes na zijn machtsovername.
Je bent na de veroordeling van vorige week verhuisd naar een ander deel van de gevangenis, maar daarvoor zat je vijftien maanden op dezelfde plek in voorarrest. Bouw je in zo’n periode vriendschappen op?
Met de meeste mensen niet. Het zijn voor een groot deel moordenaars, verkrachters en gangmembers. Bij sommigen is het hele gezicht volgetatoeëerd. In de vorige gevangenis zaten een paar andere buitenlanders en daar praat je automatisch mee, hoofdzakelijk over je zaak. Als je verhuist begin je weer op nul. Waar ik nu zit, zit één Engelsman die ice verkocht, amfetamine. Niet echt mijn persoon, ik hou niet van harddrugs. De rest zijn allemaal Thai, voornamelijk politieke gevangenen.
Dat zijn wel mensen die je ‘erbij kunt hebben’, lijkt me. Beter een witteboordencrimineel dan een moordenaar?
Ja, inderdaad. Er zitten een paar voormalige politiemensen bij me in de cel, maar het is allemaal politieke bullshit. Veel mensen zijn overduidelijk onterecht veroordeeld. De politieagenten zullen best corrupt zijn geweest, maar dan moeten ze hier elke politieagent oppakken. En elke bewaker en elke politicus. Dan zit heel Thailand vast.
Hoe ging de overplaatsing naar je nieuwe cel?
Het was de ochtend na de uitspraak, dus ik ging van de ene schok de andere in. Ze kondigen niks aan, ze deden het gewoon. Toen ik mijn spullen niet snel genoeg pakte begonnen de hulpjes van de bewakers mijn spullen in een tas te gooien. En daar ging ik dan.
Je hebt inmiddels besloten om in hoger beroep te gaan. Was die keuze vanzelfsprekend?
Het was niet echt een keuze, want om vrijspraak te krijgen moeten we dit wel doen. Maar het is een fucked up-systeem dat is ingericht om de overheid te laten winnen. Als je je schuldig verklaart krijg je vijftig procent korting op je straf, dus heel veel mensen verklaren zich schuldig terwijl ze dat niet zijn. Met beroep is dat hetzelfde: elk jaar is er gratie van de koning, maar zolang je rechtszaak loopt kom je daarvoor niet in aanmerking. En om gratie te krijgen moet je aan een ranking werken. Die gaat van medium naar goed, heel goed en excellent. Als je excellent bent krijg je vijftig procent korting op de tijd, waarna je gratie kunt krijgen. Maar die ranking kun je niet opbouwen zolang de rechtszaak loopt.
Als je in de toekomst naar Nederland overgeplaatst zou kunnen worden, zou je dat dan doen?
Ik heb geen idee. Ik kan mijn vrouw en kinderen niet zomaar achterlaten, dat gaat niet.
De zittingen zijn de enige momenten waarop je je vrouw hebt kunnen zien, terwijl je aan haar was vastgebonden door een paar handboeien. Wat zijn dat voor momenten?
Het is heel intens: de familie is erbij en je moet de rechtszaak volgen. Ik probeer wel wat te praten, maar converseren kun je het niet noemen. Het is beter dan niets, ik kijk er naar uit om haar te zien, maar het is erg kort. En vorige week sloeg alles, want vijf minuten na de uitspraak moesten we snel weer naar beneden en werden we gescheiden. Zowel mijn vrouw als ik waren perplex. Ik heb geen idee wanneer ik haar weer kan zien.
Het hoger beroep is schriftelijk, dus er zijn dan geen momenten in de rechtszaal.
Ja, en het beroep kan één tot drie jaar duren. Als het drie jaar duurt, zit ik in totaal bijna vier en een half jaar vast. Onschuldig.
Hoe is je dagelijks leven nu?
Het is geen leven. Ik weet niet hoe ik het moet omschrijven. Het is een verschrikking. Je hebt geen plek om te zitten. Het is altijd bloedheet. Je hebt geen fatsoenlijke plek om te liggen. Het eten is niet fatsoenlijk. In de vorige gevangenis kon ik elke dag bezoek ontvangen, nu is het één keer per week. Het enige wat je doet is wachten tot de dag voorbij is en dan komt de volgende dag.
Wordt een bezoek aan het ziekenhuis dan opeens een hoogtepunt van de week?
Ja, dan kun je in ieder geval normaal met iemand spreken. Zonder tralies.
Bizar.
De laatste anderhalf jaar is mijn leven heel bizar.
Ik kan me voorstellen dat de bezoeken van je oudste zoon je op de been houden.
Ja, maar als ik er aan denk wat het met mijn kinderen doet, kan ik wel janken. Mijn twee jonge kinderen weten nog steeds niet waar hun vader en moeder eigenlijk zijn. En wat moeten we zeggen, ‘we zitten in de bajes’?. Als ze vragen waarom kunnen we dat niet eens uitleggen. We hadden gedacht dat we snel vrijgelaten zouden worden en daarom hebben we niets gezegd. Maar we zitten er nog steeds.
Je broer Frans heeft vorige week bij RTL Late Night gezegd dat het humaner zou zijn geweest als ze je ter dood veroordeeld hadden.
Als ik geen vrouw en kinderen had, zou dat een oplossing zijn. Maar dat kan ik mijn kinderen niet aandoen. Ik verwacht eigenlijk nog steeds dat de redding uit Nederland komt. Ik hoop dat Nederlandse politici eindelijk de ballen hebben om dit te stoppen.
Klik hier voor het hele artikel.
Click here for English version.