Johan en Frans van Laarhoven zijn door het Openbaar Ministerie dinsdag gedagvaard voor het witwassen van 25 miljoen Euro en lidmaatschap van een criminele organisatie. Op de dagvaarding staan ook Marco de J., op wiens naam de coffeeshopketen The Grass Company staat, en een vierde medewerker van dit bedrijf. Het OM sluit niet uit dat nog andere personen voor de rechter worden gedaagd. De zaak komt eind september voor de rechter, in een zgn. regiezitting.
Als deze dagvaarding iets aangeeft is het wel dat die voor 22 juli 2014 op de deurmat van de betrokkenen had moeten vallen. Die dag werden Johan en zijn Thaise geliefde Tukta door de Thaise politie gearresteerd op aangeven van het Openbaar Ministerie te Breda. Van de ene op de andere dag werd de ‘gepensioneerde’ voormalige coffeeshophouder leider van een ‘internationale criminele organisatie’.
Een veroordeling tot aanvankelijk 103 jaar gevangenisstraf was het gevolg, waarbij de Thaise justitie heftg leunde op door Nederland aangeleverde ‘bewijzen’ uit een toen nog niet afgesloten justitieel onderzoek en belastende verklaringen van Nederlandse politiefunctionarissen tijdens het proces, waarin verdenkingen als bewijzen werden gepresenteerd. Dat het daarna tot zomer 2017 duurde voor dit onderzoek werd afgerond zegt alles over de kwaliteit van de ‘bewijzen’ die destijds door het Openbaar Ministerie van Breda, in de persoon van ‘crimefighter’ Lucas van Delft, zijn ingebracht.
Niets nieuws onder zon
Er is met de dagvaarding van gisteren feitelijk niets nieuws onder de zon. Tegen Trefpunt zei Frans van Laarhoven eerder al die dagvaarding van zijn jongere broer te verwachten. Als beslag zou moeten worden gelegd op vermogen kan dat niet zonder eerst een Nederlands ‘schuldig’ tegen de voormalig eigenaar van The Grass Company,
Dat advocaat Sidney Smeets bezwaar heeft ingediend tegen de dagvaarding van zijn client ligt voor de hand. Van Laarhoven zit in Thailand 20 jaar cel uit voor wat hem thans in Nederland ten laste wordt gelegd en kan dus onmogelijk zichzelf voor de Nederlandse rechter verdedigen.
Bovendien, als de rechter besluit tot behandeling van de zaak bij verstek is er een drukmiddel minder in de onderhandelingen met de Thaise autoriteiten die beogen Van Laarhoven naar Nederland te krijgen. De Thaise kant zou dan kunnen zeggen, laten we eerst het oordeel van de Nederlandse rechter maar afwachten. Dat kan nog lang op zich laten wachten, want het gaat bij de aangewreven belastingontduiking om ingewikkelde constructies.
Bittere zaak voor de familie
Er is tot op heden nog geen positief signaal dat de Thaise autoriteiten bereid zijn mee te werken aan vroegtijdige beëindiging van de Thaise celstraf. In de civiele zaak die Johan heeft aangespannen tegen de Staat der Nederlanden heeft de Haagse rechtbank hem als getuige opgeroepen. Van Thaise kant is daarop nog niet gereageerd. Van Laarhoven heeft het in zijn overvolle cel in de Klong Prem gevangenis van Bangkok zeer moeilijk. Hij heeft problemen aan hart- en galblaas, heeft te kampen met verzwakking door ongezond gewichtsverlies.
Het is zeer bitter voor Johan en zijn familie dat de discussies over al dan niet schuldig zijn aan belastingontduiking pas na drie jaar verblijf in Thaise cellen wordt gevoerd waar die thuishoort, in een Nederlandse rechtbank. Erg schadelijk neveneffect is dat de Van Laarhovens in die tijd enthousiast door het slijk zijn gehaald door media in Nederland en Thailand die verdachtmakingen en schuldigverklaringen richting onderbuik van hun publiek afvuurden.
De vier verdachten in het Nederlandse proces zullen nu de rechter moeten uitleggen waarom The Grass Company gebruikmaakte van een complex financieel netwerk met een groot aantal binnen- en buitenlandse vennootschappen. En of ze dat netwerk nodig hadden om – wat het Openbaar Ministerie stelt – winsten buiten de belasting te houden. Dat zou zijn gebeurd door in de boekhouding voor de belastinginspecteur te hoge inkoopprijzen (dus kosten) voor de wietwaar op te voeren.
Geen van de verdachten, ook Johan niet, zal ontkennen dat het met die boekhouding helemaal j0fel zat. Hun business zit nu eenmaal door het gedoogbeleid in een sector waarin de leveranciers niet met bonboekjes werken en voor de bedrijfsvoering meer moest worden ingekocht dan de wetgever toestond.
De verdachten zullen inbrengen dat er regelingen met de fiscus waren om die onregelmatigheden weg te poetsen. Dat de belastingaangiften jaar in jaar uit werden goedgekeurd. Dat de vier coffeeshops tot op de dag van vandaag met vergunning open zijn. Daar horen in deze sector ‘onvoorziene uitgaven’ bij. In een interview met De Volkskrant legde Johan van Laarhoven vorig jaar uit een potje van 1,5 miljoen euro buiten de boekhouding te houden voor ‘onvoorzien’, waaronder van alles kan vallen, van bederf van waren tot extra beveiliging vanwege bedreigingen door criminele figuren in deze business.
Hoe de rechter daarover denkt moet worden afgewacht. Als een paal boven water staat echter dat een eventuele veroordeling geen vonnis a la Thai zal opleveren. Johan en Tukta hadden nooit in een Thaise cel terecht mogen komen. Wat er met Thaise Tukta – feitelijk het meest beklagenswaardige slachtoffer – in dit schaakspel gaat gebeuren is nog in nevelen gehuld.
Door: Hans Geleijnse, thailandtref.com op 5 juli 2017