We spraken hem in The Grass Company, de coffeeshop waarvoor de Nederlandse justitie zijn broer erbij lapte bij de Thaise autoriteiten.

Het is maandagmiddag als ik in Tilburg coffeeshop The Grass Company binnenstap. Het is een sfeervolle en drukbezochte plek, die zich opmaakt voor de lunch. Wiet en club sandwiches gaan hier prima naast elkaar.

Volgens het Openbaar Ministerie bevind ik me nu in het epicentrum van een internationale criminele organisatie. Een plek van grootschalig witwassen en fraude. Verantwoordelijke is volgens het OM oud-eigenaar Johan van Laarhoven, de Nederlander die in Thailand een gevangenisstraf van 103 jaar kreeg opgelegd. Na een onderzoek van het Nederlandse OM, waaronder diverse invallen waarbij geen belastend bewijs werd gevonden, verzocht een Nederlandse officier de Thaise autoriteiten om ook eens onderzoek te doen. Dat deden ze. Omdat hij geld in Thailand zou hebben uitgegeven dat hij met zijn coffeeshop heeft verdiend, en Thailand het niet zo op drugs heeft, werd hij niet eens overgedragen aan Nederland, maar linearecta in de Thaise cel gegooid, waar hij een groot deel van zijn leven zal moeten doorbrengen. Ik interviewde Van Laarhoven eerder in Thailand.

Niet alleen Johan wordt verdacht, ook zijn broer Frans van Laarhoven is verdachte in de zaak, net als de nieuwe eigenaar Marco de Jong. Ik sprak Frans in het hol van de leeuw over de intens ellendige situatie.

Frans van Laarhoven voor coffeeshop The Grass Company

 

VICE: Twee weken geleden werd Johans hoger beroep grotendeels afgewezen. Hoe kreeg jij dat te horen?
Frans van Laarhoven: Ik zat met mijn gezin en onze moeder van 85 thuis rond de grote tafel. We hadden telefoonverbindingen met de zoon van Johan in Thailand en met de Thaise advocaat. Ze deden liveverslag. Om zes uur ’s ochtends kregen we te horen dat er wel iets af is van de 103 jaar die Johan eerst kreeg, maar dat hij nog steeds 20 jaar moet uitzitten.

Had je hoop van tevoren?
Ja. Zonder hoop kun je niet leven, al is het hoop tegen beter weten in. Mijn moeder was de middag ervoor begonnen met huilen en de dag erna huilde ze nog. Ze heeft drie dagen lang continu gehuild. Iedereen is weer even verslagen.

Johan en zijn vrouw Tukta zijn in Thailand veroordeeld voor het witwassen van geld dat met drugs is verdiend. Waar wordt dat op gebaseerd?
Ik heb nog geen vertaling gezien van het nieuwe vonnis, maar ik hoor van de Thaise advocaat dat de rechter spreekt over verklaringen van drie Nederlandse politieagenten die zeggen ‘wij denken’ en ‘wij vermoeden’. Meer kan ook niet, want geen rechter heeft in Nederland gezegd dat het daadwerkelijk geld afkomstig is uit criminele activiteiten.

Het rare is dat toen Johan en Tukta werden aangehouden in 2014, gevraagd werd om binnen dertig dagen aan te tonen dat al het geld dat in Thailand is uitgegeven, legaal geld is. Dat was helemaal geen moeite, want The Grass Company heeft een administratie die je zelfs bij de Albert Heijn nog niet zo gedetailleerd vindt. Dozen vol bewijs gingen die kant op, waarmee werd aangetoond dat over elke euro die in Nederland verdiend is, in Nederland ook belasting betaald is. Het maakte geen verschil.

Van de ene op de andere minuut ben je geen gewone coffeeshophouder meer, maar een ordinaire drugscrimineel.

Waarom denkt het OM in Nederland dan dat het om crimineel geld gaat?
Volgens het gedoogbeleid mag een coffeeshop 500 gram voorraad hebben. Die voorraad loopt natuurlijk terug als mensen hun rokertje kopen. Een beetje fatsoenlijk ondernemer heeft daarom meer dan die voorraad, want anders moet je elke keer de deur dicht doen om bij te kopen. Sinds 2012 zijn er arresten van rechters die zeggen dat een coffeeshophouder in het kader van goede bedrijfsvoering vier tot zes weken voorraad mag hebben. Hij is dan wel strafbaar, maar er wordt geen straf opgelegd.

En The Grass Company had een te grote voorraad?
Men heeft bij een aantal invallen te veel voorraad gevonden. Marco, de nieuwe eigenaar, steekt dat ook niet onder stoelen of banken. Hij moet als onderdeel van goede bedrijfsvoering over een of twee weken voorraad kunnen beschikken. Op basis van die extra voorraad zegt het Openbaar Ministerie dat niet langer voldaan werd aan het gedoogcriterium. Van de ene op de andere minuut ben je geen gewone coffeeshophouder meer, maar een ordinaire drugscrimineel. Zoals die handelaar op straat met hasj, pillen en poeders. Daarom wordt nu gezegd dat het geld crimineel is. Dat heel simpele feit is waar Johan en Tukta aan ten gronde zijn gegaan, terwijl Johan tijdens deze invallen al geen eigenaar meer was.

Frans en ‘Justice for Johan’-merchandise

 

Wat was jouw rol in dit alles?
Johan en ik hebben altijd een heel sterke band gehad. Vastgoed is mijn business, dus toen Johan hier een coffeeshop wilde beginnen, heb ik dit pand gekocht en aan hem verhuurd. Iedereen happy. De zaak ging zo goed dat hij later mij weer kon helpen met de financiering van nieuwe vastgoedprojecten. Zo hebben we ook samen geïnvesteerd in Thailand. De Nederlandse politie legt dat nu uit alsof ik een vijftig procent belang zou hebben in de coffeeshops, maar daar is geen enkel bewijs voor. Ik ben nooit onderdeel geweest van deze coffeeshop of welke dan ook.

Waarom wilde je vandaag in The Grass Company afspreken?
Ik vind het belangrijk dat je ziet dat het een heel gewone, nette zaak is. Mijn moeder woont hier niet zo heel ver vandaan en loopt soms met haar rollator langs. Ze ziet het nog als die zaken van Johan, ondanks dat hij ze in 2011 verkocht heeft. Als ze mij weer ziet vraagt ze dan hoe het kan dat alle zaken nog steeds open zijn, als het zo crimineel is als ze zeggen dat het is. Dat kan ik niet uitleggen.

Hoe zie je de Nederlandse strafzaak tegen jou, Johan en Marco tegemoet? Jullie worden sinds de dagvaarding van een paar dagen geleden officieel verdacht van het deelnemen aan een criminele organisatie, die geld heeft witgewassen en heeft gefraudeerd.
Ik durf daar niet veel over te zeggen, want ik weet niet of dat in ons voordeel werkt. De advocaten zijn optimistisch. Wat het ergste op mijn schouders drukt, is de situatie van Johan en Tukta. Ik vecht al drie jaar lang zeven dagen in de week om hen naar Nederland te halen. Dat is me nog steeds niet gelukt en dat ligt steeds zwaarder op mijn maag. Ik baal van mezelf, van de onmacht… ik kan dat gevoel met geen pen beschrijven.

Iedereen zegt dat ik er afstand van moet nemen. Maar mijn moeder komt een aantal avonden in de week bij ons eten en zit vaak huilend aan tafel. Dat zet je niet van je af. Je staat er ’s ochtends mee op, gaat er ’s avonds mee naar bed en als ik ’s nachts moet plassen denk ik er ook aan.

Hoe heb je contact met Johan?
We schrijven brieven en ik spreek zijn Thaise advocaat bijna dagelijks. Het is bekend hoe de situatie daar in de cel is, maar daar schrijft hij niet over. Sinds hij alleen nog in het ziekenhuis van de gevangenis komt, kunnen we niet meer bellen. De laatste keer dat ik zijn stem hoorde is driekwart jaar geleden.

Ze denken zeker: ‘Laat die Van Laarhoven daar maar verrekken – hopen dat hij snel overlijdt, want dan zijn we van het probleem af.’

Het gaat fysiek niet heel goed met Johan, hè.
Vroeger stond hij z’n mannetje wel, maar inmiddels is hij al 56. Hij schreef me vorige week: “Ik heb het drie jaar overleefd, de komende periode ga ik ook overleven”. Dat is bemoedigend, maar ik krijg soms ook brieven met een andere toon. En ik snap dat. Het is echt verschrikkelijk wat er gebeurt en als ik er over nadenk kan ik er goed bij janken. Dat je dit als Nederlandse overheid zo bewust doet en dat er niemand opstaat die zegt potverdomme, nu is het afgelopen. Er is een fout gemaakt, die gaan we herstellen. Minister Koenders heeft vorig jaar op een conferentie van de Zuidoost-Aziatische gemeenschap tegen een journalist gezegd dat hij niet ingaat op een Thaise zaak. Maar het ís geen Thaise zaak!

Vind je dat de Nederlandse politiek meer kan doen?
D66-Kamerlid Vera Bergkamp spant zich erg in. Maar wat valt er voor een politicus te winnen als je het opneemt voor een voormalig coffeeshophouder? Toen die twee journalisten daar in Colombia verdwenen – wat ook erg was – stond heel de wereld op z’n kop. Toen Ebru Umar in Turkije werd vastgezet ook. Maar laat die Van Laarhoven daar maar verrekken, hopen dat hij snel overlijdt want dan zijn we van dat probleem af. Nou, dan zijn we niet van het probleem af, want al kost het me mijn laatste druppel bloed, ik zal blijven vechten voor gerechtigheid.

Wanneer komt hier een einde aan?
We spannen ons in om Johan en Tukta zo snel mogelijk naar Nederland te halen. De zaken in Nederland gaan nog wel tien jaar duren. De partijen staan lijnrecht tegenover elkaar, dus dit wordt uitgevochten tot de hoogste instantie. En waarvoor? Het gaat alleen maar om geld.

En als ik ondanks mijn onschuld toch wordt veroordeeld, moet ik in het uiterste geval mogelijk de gevangenis in – dat overleef ik wel. Als ik het vergelijk met de situatie van Johan en Tukta is het peanuts.

Door: Kris Schimmel, vice.com op 5 juli 2017. Foto’s door Roos Pierson

De broer van de coffeeshophouder die in Thailand twintig jaar cel kreeg​​ is ook verdachte in de zaak

Geef een reactie

Je e-mailadres wordt niet gepubliceerd. Vereiste velden zijn gemarkeerd met *