Hij is de meest ervaren aanklager voor de aanpak van de zware, georganiseerde misdaad van het arrondissementsparket Zeeland West-Brabant. De afgelopen acht jaar vervolgde officier van justitie Lucas van Delft (43) leden van motorbende Satudarah, groothandelaren in drugs, moordenaars, corrupte politieagenten en leden van de Turkse maffia. Maar nu even niet. Van Delft zit al drie maanden ziek thuis. Overspannen. Geknapt door de stress. En: geschorst.
De magistraat is nu zelf verdachte in een strafrechtelijk onderzoek omdat de politie er achter kwam dat Van Delft zelf de politie onder valse naam heeft gemeld dat mensen van plan zouden zijn hem te liquideren. „Het voelt als een enorme vernedering om nu opeens zelf als verdachte in de beklaagdenbank te zitten”, zegt Van Delft op het kantoor van zijn advocaat Taco van der Dussen in Breda. Hij zegt door stress te zijn bezweken.
Sinds 1998 is de uit Breda afkomstige Van Delft werkzaam bij het OM. Hij heeft „een voorkeur” voor de aanpak van grote boeven. „Ik zie het als een roeping vooral de zware misdaad te bestrijden. Het is voor de meeste mensen niet altijd goed zichtbaar, maar het gaat om criminaliteit die grote schade toebrengt aan de samenleving. Bij de aanpak ervan komen mijn kwaliteiten het beste tot zijn recht. Het zijn zaken die veel analytisch vermogen vragen. Je wordt gedwongen een aantal stappen vooruit te denken om te bereiken dat je uiteindelijk een bewijsbare zaak hebt.”
Begin deze eeuw kwam Van Delft te werken in het team dat de productie van synthetische drugs bestreed. „Dat was een openbaring. De hele wereld was je werkterrein. Ik zag enorme zwarte geldstromen en hele gevaarlijke situaties qua productie. Ik zag ook het enorme geweld dat ze in het milieu gebruikten: liquidaties.”
Enorme vlucht
De afgelopen vijftien jaar is de misdaad volgens hem bepaald niet verminderd. „De drugshandel en alles wat ermee samenhangt heeft een grote vlucht genomen. De misdaad nestelt zich ook steeds meer bovengronds. Misdadigers krijgen steeds vaker hulp van makelaars, notarissen, advocaten of architecten.”
Van Delft leidde onder andere het onderzoek naarThe Grass Company, die vier coffeeshops in Brabant exploiteert. Na een rechtshulpverzoek aan Thailand naar de in dat land wonende oprichter van de coffeeshops – Johan van Laarhoven – is de Brabander vervolgd wegens witwassen. Hij is in het land tot 103 jaar cel veroordeeld waarvan hij 20 jaar moet zitten. „In deze zaak gaat het om op het oog keurige zakenmensen. Maar als je gaat spitten blijken ze zich aan allerlei strafbare feiten schuldig te maken om de legale handel te faciliteren. Ze bedonderen de belasting.”
Van Delft meldde bij de politie onder valse naam dat mensen hem zouden willen liquideren
Het vergt volgens Van Delft „een inzet van 200 procent” om als aanklager werkelijk resultaten te boeken. „Het zijn per jaar 365 dagen van 24 uur vol trekken en sleuren om zaken tot een succes te brengen. Er is veel druk: er zijn politieke gevoeligheden, de verhouding met de politie moet je goed houden, je hebt een grote verantwoordelijkheid ten opzichte van collega’s en je moet ook de belangen van verdachten wegen. Ik ben bevlogen, maar geen wilde crimefighter.”
De officier van justitie zegt te merken dat verdachten en advocaten wel steeds vaker op de man spelen. „Toen ik vorig jaar met de politie in Thailand was voor de zaak rond The Grass Company werden we door handlangers van de verdachten tot in ons hotel gevolgd, geobserveerd en gefotografeerd. Dat ging echt over de schreef. Kijk, ik ben ook niet blind voor het leed van Van Laarhoven. Natuurlijk is zijn straf naar Nederlandse maatstaven enorm. Maar het is een Thaise kwestie.”
Geliquideerd
Sinds begin 2015 wordt Van Delft ernstig bedreigd. „Op verschillende momenten kwam er informatie uit het drugsmilieu dat ik geliquideerd zou worden of ernstig gevaar liep. Dat trok een zware wissel op mij. Ik draag ook de verantwoordelijkheid voor een gezin met twee kinderen. Dat maakt het extra zwaar. Door de stapeling van dreigementen ben ik uit evenwicht geraakt.”
Van Delft raakte nog meer uit balans toen hij op 11 november vorig jaar onderzoek moest doen naar een enorme bomaanslag op een 63-jarige man in Breda. „Ik stond ’s nachts tussen de stukken vlees van het uit elkaar gespatte slachtoffer. Er lag ook nog een been van hem. Toen dacht ik: dat gaat mij dus ook overkomen. Dat heeft me over de rand geduwd. Ik wilde nooit kwetsbaarheid tonen omdat iedereen veel van mij verwachtte, maar nu werd ik heel angstig. Dezelfde dag was ik ook nog betrokken bij een zaak waarin het lijk van een man uit een singel werd gevist die zelfmoord had gepleegd.”
Ook zijn gezin dook onder
Als „noodsprong” heeft Van Delft toen een dag later onder een valse naam de politie getipt dat Van Delft uit de weg zou worden geruimd. „Ik wilde zo nog meer veiligheid voor mezelf creëren.” Kort daarna kwam er uit andere bron opnieuw informatie over het gevaar dat de officier van justitie liep. Van Delft is vervolgens 2,5 maand ondergebracht op geheime locaties. Ook zijn gezin moest onderduiken.
Toen de politie ontdekte dat de tip van Van Delft zelf kwam, ontkende hij aanvankelijk. Later gaf hij zijn handelen toe. Hij zegt zijn tip te baseren op informatie van „een bron uit het criminele milieu”. Van Delft weigert verder iets te zeggen over de bron „omdat hij groot gevaar loopt als zijn identiteit bekend wordt”. Het OM onderzoekt nu of Van Delft die bron heeft verzonnen.
„Ik erken ruiterlijk dat ik fouten heb gemaakt. Ik bied mijn excuses daarvoor aan.’’ Van Delft hoopt terug te keren bij het OM „omdat ik die organisatie en warm hart toe draag”. Hij wil straks weer „een bijdrage leveren aan de bestrijding van de misdaad”.
Bron: http://www.nrc.nl/next/2016/02/06/drugsofficier-is-nu-zelf-verdachte-1584072