Interview met advocaat Sidney Smeets
“Op uitdrukkelijk verzoek van Nederland is een Thaise strafzaak opgetuigd, na nadrukkelijk overleg daarover met de Thaise Attorney General. Indien de gangbare weg bij een rechtshulpverzoek was bewandeld waren Johan en Tukta van Laarhoven nooit aangehouden.”
Dat stelt, in dit interview met Trefpunt Thailand, mr. Sidney Smeets van advocatenbureau Spong, dat in 2014 de verdediging van de in tot langdurige gevangenisstraf veroordeelde ex-coffeeshophouder Johan van Laarhoven en zijn Thaise echtgenote Tukta op zich heeft genomen. Aanleiding voor het vraaggesprek is de afsluiting van een reeks getuigenverhoren onder ede in de civiele zaak die advocatenkantoor Spong namens de familie heeft aangespannen tegen de Nederlandse Staat. In de loop van 2017 gaat voor de rechtbank te Den Haag de tweede etappe in met het aanhangig maken van een bodemprocedure.
Twee prominente getuigen waren politieman Ben Olde Engberink, voorheen gestationeerd op de Nederlandse ambassade in Bangkok als liaison met de Thaise justitiële autoriteiten en zijn directe chef, officier van justitie mr. Lucas van Delft, voormalig lid van het OM in Breda. Hebben hun getuigenissen nieuwe inzichten opgeleverd?
Smeets: Alle verhoren hebben veel nieuwe informatie opgeleverd. Niet in de laatste plaats de onthulling dat het verzoek om een Thaise strafzaak te starten in overleg met de Thaise Attorney General tot stand is gekomen. De Nederlanders waren veel te laat met hun rechtshulpverzoek en wisten dat dit nooit op tijd uitgevoerd zou worden. Wat echter wel kon was de Thai vragen Van Laarhoven en zijn vrouw in Thailand strafrechtelijk te vervolgen. Dat is gebeurd met als gevolg dat zij daar nu onterecht vast zitten.
Een rechtshulpverzoek aan derde landen beoogt informatie ten dienste van een Nederlands justitieel onderzoek. Wat is in dit geval anders gegaan?
Officier van Justitie Lucas van Delft heeft in zijn getuigenverhoor toegegeven dat hij de Thai wel iets moest bieden om zijn wens dat er beslag gelegd zou worden op de bezittingen van Van Laarhoven gerealiseerd te krijgen. Hij bedacht daarom samen met de liaison officer en de Thaise Attorney General een list die er op neer kwam dat de Thai een eigen onderzoek zouden starten om zo de zorgvuldige procedure van internationale rechtshulp te omzeilen. Die zorgvuldigheid nam naar de smaak van Van Delft teveel tijd in beslag. Om dat Thaise onderzoek een zetje te geven gaf hij hen in plaats van één verdachte, twee verdachten. Zo werd mevrouw Van Laarhoven opeens van getuige verdachte en kwam ze in de cel.
Heeft justitie in het verleden direct contact gezocht met Van Laarhoven om hem te ondervragen?
Nee, dat is nooit gebeurd. Vanaf het moment dat wij bij de zaak betrokken zijn geraakt hebben wij bedongen dat de heer Van Laarhoven zichzelf zou mogen melden indien hij nodig was voor verhoor. De officier van justitie heeft deze toezegging ook schriftelijk bevestigd. Helaas werd de heer Van Laarhoven daags daarna door de Thaise autoriteiten aangehouden op uitdrukkelijk verzoek van dezelfde officier van justitie.
Gelet op voorgaande rechtshulpverzoeken aan Thailand die geen succes hadden zat het handjeklap tussen Nederlandse en Thaise justitie al in het vat. Maakte de militaire machtsovername van mei 2014 de deal mogelijk? Er zitten tien dagen tussen het verzoek om strafrechtelijke vervolging en de arrestatie van het echtpaar.
Ja. De Nederlanders zijn naar Thailand afgereisd omdat er een doorzoeking zou plaatsvinden waar ze bij zouden mogen zijn. Vreemd, want die doorzoeking vond in het kader van het Thaise onderzoek plaats en niet in het kader van wederzijdse rechtshulp. Ook hebben zij in Thailand belastende verklaringen afgelegd. Mijns inziens is daarbij in strijd met de waarheid verklaard. Men suggereerde de Thai dat men over feiten sprak en niet over verdenkingen. Ook liet men bepaalde ontlastende informatie bewust weg, dat is inmiddels door de getuigen ook toegegeven. Zo is geseponeerde zaak over de voorraad van een van de shops opgevoerd en werd bij een andere zaak over de achterdeur van The Grass Company niet vermeld dat de rechter inmiddels had geoordeeld dat de verdachte daarvoor geen straf verdiende.
Bij een high profile case als die van de Van Laarhovens zou je verwachten dat buitenlandse zaken de vinger aan de pols houdt vanwege mogelijke effecten op de betrekkingen met Thailand. Ondanks powerpoint-presentaties en barbecues met Thaise contacten ter ambassade lijkt BZ niet op de hoogte, of niet geïnteresseerd. En dat terwijl er zaken moeten worden gedaan met een militair bewind.
Dit is nog een grote lege vlek op de kaart. De verhoren wekken de indruk dat het allemaal grotendeels buiten Buitenlandse Zaken om is gegaan. Onze belangrijkste zorg is en blijft dat het echtpaar Van Laarhoven zo snel mogelijk naar Nederland wordt overgebracht. Er zijn verschillende manieren waarop dat kan maar bij al die manieren is de wil van de overheid om er aan mee te werken doorslaggevend. Vandaar dat wij ons nu ook richten op de ministers van Buitenlandse Zaken en Veiligheid en Justitie.
Mevrouw van Laarhoven heeft de Thaise nationaliteit. Stel dat er een regeling met de Thai zou komen voor overbrenging naar Nederland, zou zij dan kunnen ‘meefietsen’? Zou het helpen als de Nederlandse overheid haar de Nederlandse nationaliteit toekent?
Toekenning van de Nederlandse nationaliteit zou een goede stap zijn, dan valt zij immers ook onder de bescherming van de Nederlandse overheid. Dat klemt temeer omdat zij enkel en alleen door een officier met dollartekens in de ogen is gepromoveerd tot verdachte in het Thaise onderzoek terwijl ze in Nederland in het geheel niet vervolgd wordt. Zij is, zo blijkt uit de verklaringen onder ede van Van Delft, van getuige naar verdachte gepromoveerd om de Thai een extra reden te geven het stel in Thailand te vervolgen.
Ik begrijp dat weinig of niets gezegd kan worden over het verloop van gesprekken achter de schermen om tot een regeling te komen. Wel over de opties?
Dat zijn er, kort gezegd, drie. Van Laarhoven en zijn vrouw kunnen naar Nederland worden uitgeleverd in verband met het lopende Nederlandse onderzoek (dat na 6 jaar nog niets heeft opgeleverd). Dat kan middels een verzoek van de Nederlandse overheid aan de Thaise autoriteiten. De tweede optie is het hoger beroep afwachten dat tegen het Thaise vonnis is aangespannen. De hoop is dat de Thaise hoger beroep rechter zal inzien dat er geen sprake is en kan zijn van witwassen. De laatste optie is de zogenaamde WOTS-procedure (verdere tenuitvoerlegging van de straf in Nederland; HG). Nadeel van die procedure is dat eerst vier jaar van de straf in Thailand ‘uitgediend’ moet zijn.
Laat ik de Van Laarhovens er een moment buiten houden, ook omdat in het vonnis een relatie wordt gelegd met drugshandel…..
Mag ik even preciseren. Die relatie wordt niet gelegd, sterker nog de Thaise rechter overweegt uitdrukkelijk dat er in Thailand geen sprake is van strafbare feiten in relatie tot drugs. Het gaat puur om de opbrengsten uit de gedoogde verkoop van cannabis in Nederland en niet om ‘drugshandel’.
…. ik heb niet de indruk dat in Thailand gevangenisstraffen van 103 jaar worden uitgedeeld voor witwassen en/of belastingontduiking. Wat is in Nederland in het algemeen de praktijk bij soortgelijke zaken?
Voor de Thaise strafmaat verwijs ik u naar de Thaise collega’s. In Nederland is voor belastingontduiking (als daar al sprake van zou zijn) een beperkte straf voor de hand liggend. Doorgaans wordt dat soort zaken buiten de rechter om met een schikking geregeld. In Thailand staat er – afhankelijk van het witgewassen bedrag – een gevangenisstraf op. Iedere transactie wordt vervolgens als een apart feit gezien en al die straffen cumuleren. Als je een paar jaar in Thailand woont en daar het geld waar je in Nederland belasting over hebt betaald uitgeeft kan je dat dus zomaar 103 jaar gevangenisstraf opleveren.”
Noot van redactie
In Nederland is een verdachte pas schuldig (bevonden) na veroordeling door de rechter. Een eenvoudige waarheid, waarmee in he t(media) geruis rond de Van Laarhovens te vaak een eigen loopje wordt genomen. Meestal met speculeren over mogelijke wetsovertredingen. Of met vaak wat dommig reageren vanuit de onderbuik. Het bewijs van strafbaar handelen is er (nog) niet. Om die reden heeft reden heeft Nederland in het langjarige onderzoek naar Johan van Laarhoven nooit om diens uitlevering verzocht.
Bij serieuze oordeelsvorming over de zaak van het echtpaar Van Laarhoven hoort bestudering van het Thaise vonnis, op deze site in zowel Nederlandse als Engelse vertaling gepubliceerd. Dat helpt mogelijk het hardnekkige ‘misverstand’ uit de wereld dat zij zijn veroordeeld op grond van in Thailand begane delicten.
Door: Hans Geleijnse, thailandtref.com op 23 november 2016